300
12 November 1898.
bare school aan de Kloosterlaan alhier, met ingang van 1
Januari 1899 met ƒ100,te verhoogen.
De voorzitter stelt deze zaak aan de orde.
Niemand hierover het woord verlangende, wordt
het voorstel van burgemeester en wethouders goed
gekeurd.
14. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier,
d.d. 20 October 1898, n°. 1271, daarbij. in verband met
vermeerdering van lesuren en toename van werkzaamheden
aan de hoogere burgerschool, in overleg met de commissie
van toezicht op het middelbaar onderwijs en behoudens
goedkeuring van den minister van binnenlandsche zaken,
voorstellende om, te rekenen van den aanvang van den
loopenden cursus en met wijziging van hun pensioensgrond
slag, te verhoogen de jaarwedde van:
a. den heer J. N. T. Buining, leeraar in het teekenen,
met ƒ250,—
b. den heer C. Goedeljée, leeraar in het Fransch, met
80,-.
c. den heer A. J. Klein Swormink, leeraar in wiskunde,
met 80,
d. den amanuensis H. Mulder, met ƒ50,—.
Verder wordt nog voorgesteld aan den heer H. J. Klein
Swormink, leeraar in de wiskunde, toe te kennen eene
vergoeding van 40,voor één uur meer onderwijs gedu
rende een halfjaar aan de burgeravondschool, alwaar, ten
gevolge van het groot aantal leerlingen, de eerste klasse op
Zaterdagavond is moeten gesplitst worden.
De voorzitter vraagt, of de raad zich met de voor
gestelde verhoogingen kan vereenigen.
De heer Sassen wenscht te vernemen, of er nog niet
andere leeraren zijn, die extra-lesuren geven en dit voorstel
alzoo in alle gevallen voorziet.