26 November 1898.
337
Beijerd alhier en deel uitmakende van den door demping van
den waterloop »de Oude Vest« verkregen grond.
Bij deze adressen zijn gevoegd de ontwerp-overeenkomsten,
behelzende de voorwaarden, welke burgemeester en wethou
ders aan den eventueelen verhuur wenschen te verbinden.
De voorzitter vraagt, of de raad zich met de overge
legde ontwerp-voorwaarden kan vereenigen.
Niemand der leden daartegen eenige bedenking
hebbende, wordt besloten aan bovengenoemde adres
santen voor den tijd van zes achtereenvolgende jaren,
ingegaan 1 November 1898, en tegen den prijs
van tien cent per centiare, in huur af te staan een
gedeelte van den door demping van den waterloop
»de Oude Vest« verkregen gemeentegrond, gelegen
achter hunne perceelen aan den Beijerd alhier, en
onder de voorwaarden, zooals die in de overgelegde
ontwerp-overeenkomsten nader zijn omschreven.
5. Schrijven van het college van curatoren van het gymnasium
te Breda. d.d. 22 November 1898, daarbij, onder terugzending
der sollicüatiestukken en met overlegging van het advies van
den heer inspecteur der gymnasia, ter voorziening in de
vacature van leeraar in de oude talen aan het gymnasium
alhier, in plaats van den heer dr. H. O. de Jong, die zijne
benoeming niet heeft aangenomen, aanbevelende de heeron:
1°. H. C. J. Eeniiorst, doctorandus, te Arnhem;
2°. dr. W. de Vries, te Schiedam
3°. dr. G. E. W. van Hille, te Zaandam;
4°. dr. J. F. P. van Anrooij, te Utrecht.
De voorzitter stelt voor tot de benoeming over te gaan
en verzoekt den heeren Sciiei.tus en Van Hal als stemopne-
mers te willen fungeeren.
De heer Nelissen vraagt, of de benoeming tijdelijk zal
geschieden, evenals zulks de vorige maal heeft plaats gehad,
waarop de voorzitter bevestigend antwoordt.