10 December 1898. 389 A. WIJZIGING der verordening regelende de bouwpolitie in de gemeente Breda. Artikel 33 wordt gelezen Het is verboden privaten te hebben, te maken of te doen maken, waarbij de afvoer der fsecaliën op eene andere wijze geschiedt dan in beerputten of verzamelbakken van cement of ijzer, mits deze geheel zijn ingericht en voortdurend on derhouden worden volgens voorschriften door burgemeester en wethouders te geven. Deze inrichtingen moeten onder toezicht van den gemeente architect of van den ambtenaar die hem vervangt worden gemaakt en mogen niet in gebruik worden genomen, tenzij daartoe de schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders verkregen is. Artikel 75 wordt gelezen: Voor het hebben van inrichtingen, die niet voldoen aan de bepalingen van de artikelen 32 eerste zinsnede, 33 en 34, voor zoover zij bij het in werking treden dezer verordening aanwezig zijn, wordt geacht bij deze verordening vergunning te zijn verleend tot dat bij een besluit van den gemeenteraad de wegruiming wordt bevolen. B. "VERORDENING regelende de liefflng van ver goedingen voor diensten door den dienst der gemeente-reiniging bewezen. Artikel 1. De aanvragen tot het ruimen van secreet- of privaatputten geschieden schriftelijk aan den directeur der gemeente-reini ging door de eigenaars, huurders of beheerders der panden, waarin of waarbij de putten gelegen zijn. Dit ruimen geschiedt kosteloos voor een maximum van drie kubieken meter per jaar en per gezin door middel van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1898 | | pagina 389