10 December 1898.
395
Maastricht 6 529,49i/2
Leeuwarden - 17 351,60
Delft - 14168,67
Groningen - 32 019,-
en wel niettegenstaande de volgende vergoedingen geheven
wei-den, als te:
Zaandam f 2,90 per ton bij de indienststelling
Deventer eene belasting op het ledigen der beerputten
en tonnen ad 5 044,51
Zwolle idem f 1 054,
Kampen idem - 718,50;
Nijmegen ƒ1,- en ƒ1,50 per tender en 2,40per ton;
Maastricht f 2 791,voor het gebruik der tonnen
en - 1 161,voor het ledigen der beerputten,
Y3 952,—.
De gemeente Arnhem heft voor het ledigen der zink- en
beerputten, zoomede voor de plaatsing en het verwisselen dei-
tonnen, een recht, waarvan in 1897 de opbrengst bedroeg
ƒ4325,25, terwijl het rijk bovendien ƒ1840,bijdraagt voor
de verwijdering der foeces uit de kazernen.
Te 's-Gravenhage wordt de kostende prijs dier werkzaam
heden door het rijk aan de gemeente vergoed.
Als tweede oorzaak van de vermindering der opbrengst
zijn te beschouwen de hooge kosten van exploitatie van het
tonnenstelsel.
De rekeningen der laatste jaren doen ons zien, dat de
uitgaven, noodig voor de inzameling van een kubieken meter
fsecaliën, bedragen bij het tonnenstelsel ƒ3,—en bij pneuma
tische lediging ongeveer ƒ1,38; zoodra echter veelvuldige
verwisseling gevraagd wordt, bedragen de uitgaven meer dan
de waarde der verzamelde fsecaliën.
De verzameling en de afvoer dier stoffen van de koninklijke
militaire academie en de kazernen geeft aan de gemeente
tengevolge van de dagelijksche verwisseling der tonnen een
verlies van 1300,— 's-jaars, na aftrek van de waarde dei-
verkregen fajcaliën.
De kosten van den afvoer en de verwijdering van den
