422 30 December 1898. lid in de commissie van beheer der bank van leening, bij periodieke aftreding op 31 December 1898, aanbevelende de heeren 1°. mr. W. IngenHousz, aftredend lid. 2». A. J. A. Verschraage. Bij de hierop gevolgde stemming worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan 17 op den heer IngenHousz en 1 op den heer Verschraage. Zoodat de heer mr. W. IngenHousz voornoemd opnieuw benoemd is tot lid van gemelde commissie en zulks voor den gewonen tijd van zitting. 10. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d. 1 December 1898, n°. 1441, daarbij ter benoeming van een lid in de commissie van beheer van het stedelijk ziekenhuis en de stads-apotheek, bij periodieke aftreding op 31 December 1898, aanbevelende de heeren 1°. J. A. J. W. van Hal, aftredend lid. 2°. mr. W. IngenHousz. Bij de hierop gevolgde stemming worden uitgebraeht 18 stemmen, waarvan 17 op den heer Van Hal en 1 op den heer IngenHousz. Zoodat de heer J. A. J. W. van Hal voorooemd opnieuw benoemd is tot lid van gemelde commissie en zulks voor den gewonen tijd van zitting. 11. Schrijven van burgemeester en weihouders alhier, d.d. 1 December 1898, n°. 1442, daarbij verzoekende een raadslid te willen benoemen in het bestuur van het pensioenfonds voor de gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen, bij periodieke aftreding op 31 December 1898 van het raadslid, den heer E. H. A. Guljé. Bij de hierop gevolgde stemming werden uitgebracht 18 stemmen op den heer Guljé.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1898 | | pagina 422