16 Februari 1898.
45
de benoeming zal geacht worden te zijn geschied
per cursusjaar en dat de titularis, eervol ontslag
verlangende, het verzoek daartoe minstens drie
maanden vóór den afloop van het cursusjaar behoort
in te dienen.
8. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d.
11 Februari 1898, n°. 187, daarbij, met overlegging van het
advies van den arrondissements-schoolopziener en van het
bericht van het hoofd der school, ter benoeming van een
eersten onderwijzer aan de school voor kosteloos onderwijs
aan de Kloosterlaan alhier voordragende de heeren:
1°. J. W. Krul, 2den onderwijzer aan die school,
2°. H. Kuijlaars, onderwijzer aan de school Boschstraat, en
3°. A W. J. Baltus, onderwijzer aan de school Kloostérlaan.
Wordt overgegaan tot stemming.
Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan 13 op den
heer Krul en 5 op den heer Baltus.
Zoodat met ingang van 1 Mei 1898 is benoemd
tot eersten onderwijzer aan de openbare school voor
kosteloos lager onderwijs aan de Kloosterlaan alhier
de heer J. W. Krul, thans 2de onderwijzer aan
gemelde school, op de aan die betrekking verbonden
jaarwedde overeenkomstig de bepalingen der veror
dening, regelende de jaarwedden van het onderwijzend
personeel aan de openbare scholen voor lager onder
wijs in deze gemeente, vastgesteld 29 October 1892
en gewijzigd 6 Februari 1897, in te gaan met den
dag zijner infunctietreding en met bepaling, dat de
benoemde, eervol ontslag verlangende, het verzoek
daartoe minstens drie maanden te voren behoort in
te dienen.
De voorzitter dankt heeren stemopnemers voor het
door hen als zoodanig verrichte.