40
16 Februari 1898.
9. Voorstel van burgemeester en wethouders alhier, d.d.
1 Februari 1898, n°. 154, tot wijziging der voorwaarden van
verkoop van grond aan den heer J. van Winsum, welk voor
stel luidt als volgt:
«Bij Uw besluit van den 4. December 1897 is onder daarbij
«gestelde voorwaarden aan den heer J. van Winsum verkocht
«een gedeelte van de gedempte Gampel.
«De heer Van Winsum maakt bezwaar tegen de bepaling
«sub. et, van art. 2 der voorwaarden, luidende als volgt:
«Hij verbindt zich, zoo voor zich als voor zijne rechtver-
«krijgenden, tot het volgende:
a. «Op den gekochten grond nimmer woonhuizen te
«bouwen, noch bergplaatsen van lompen, beenderen
«of andere voor de gezondheid schadelijke stoffen op
«te richten."
«Het schijnt den heer Van Winsum niet onwaarschijnlijk
«toe, dat hij zijn geheel fabrieksbedrijf overbrengt in het
«gebouw aan de straat «de Achterom« en in dat geval komt
«het hem zeer gewenscht voor dat ook aldaar de persoon
«zal wonen, die met het beheer en toezicht over de werk-
«zaamheden belast is.
«Dit nu zoude, met het oog op sub. a, van art. 2 der
«voorwaarden van verkoop, niet wel mogelijk zijn, waarom
«hij verzoekt de voorwaarden zoodanig te wijzigen, dat hij
«vrijheid verkrijgt eventueel een woonhuis te bouwen op den
«verkochten grond met den voorgevel naar de Jan van
«Polanenkade gekeerd.
«Bij ons zijn tegen de inwilliging van het verzoek geene
«bedenkingen gerezen en wij stellen U daarom voor aan art.
«2 der voorwaarden het volgende toe te voegen
«Het verbod onder sub. aten dit artikel is niet van toe
spassing op het oostelijk gedeelte van den gekochten grond
«over eene diepte van 15 meter, gemeten evenwijdig uit de
«grenslijn langs de Jan van Polanenkade, waarop één woon-
«huis mag worden gebouwd, waarvan de naar de openbare
«straat gekeerde gevel geene mindere hoogte dan 8 meter
«boven het trottoir aldaar mag hebben.
