16 Februari 1898. 59 «besluit van 23 October 1897 (afschaffing der opcenten) ge swij zigde begrooting onveranderd door gedeputeerde staten «ware goedgekeurd. Eén voorbeeld slechtsiemand met een «inkomen van 500 en 9 kinderen zou dan meer dan 150 0/0 «méér moeten betalen dan bij behoud der opcenten, terwijl »liij nu slechts 46 0/0 méér te betalen zal hebben. »Blijven dus ter vergelijking de cijfers in de kolommen B «(opcenten) en D (geen opcenten). En wat blijkt nu daaruit »lo. dat alle kostgangers en zij, die op gemeubileerde »kamers wonen (KM), bijna 50 o/o méér te betalen zullen «hebben. Dit is ontegenzeggelijk gewenscht tegenover hen, »die groote revenuen trekkenmaar het getal van dezen is gering in vergelijking met het zeer groot getal ongehuwde, «schraal bezoldigde officieren, ambtenaren, enz., wier bruto «inkomsten bovendien tot op een cent na bekend zijn en «die dus nooit kans hebben te laag aangeslagen te worden «zooals, volgens mijn innige overtuiging, het geval is met «bijna alle andere belastingschuldigen, wier inkomen een «zeker bedrag te boven gaat 20. dat bij inkomsten van 20/m tot 60/m het thans «te betalen bedrag van ruim 10 0tot ruim 30 0/0 hooger «zal zijn dan wanneer de opcenten behouden waren. Volgens «het gemeente-verslag over 1896 waren er slechts 10, zegge «tien, zulke gelukkigen en, volgens globale berekening, zal «door deze 10 te zamen niet veel meer dan 2000 méér «moeten betaald worden dan bij behoud der opcenten het «geval zou zijn geweest. Die paar duizend gulden en véél «meèr zijn door toepassing, zelfs van een aanvankelijk «nauwelijks melkbare «Knijpkuur«, gemakkelijk genoeg bin- «nen te krijgen 30. «dat inkomsten van 10/m, behalve die van KM, door «de nieuwe regeling niet getroffen worden 40. «dat alle hoofden van gezinnen met inkomsten van «ƒ2100,tot en met 6000,nu minder zullen te betalen «hebben en wel vanaf eenige centen (bij ƒ2100,en 9 «kinderen) tot ƒ12,85 (bij ƒ2400,en geen kinderen);

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1898 | | pagina 59