158 20 Mei 1899. Niemand daartoe zijn verlangen te kennen gevende, worden vastgesteld het primitief kohier van den hoofdelijken omslag dezer gemeente voor het dienst jaar 1899 op een bedrag van ƒ87999,883 en het eerste aanvullingskohier van den hoofdelijken om slag, eveneens voor den dienst van 1899, op een bedrag van ƒ1406,14. 27. Adressen van personen, die beroep hebben ingesteld tegen hunnen aanslag in den hoofdelijken omslag dezer ge meente, dienst 1898. De voorzitter geeft in overweging deze adressen in besloten zitting te behandelen. Waartoe besloten wordt. B. Verslagen. 1. Door den heer Heijlaerts wordt namens de commissie, belast geweest met het onderzoek der rekening van het pensioenfonds voor gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen over 1898,'gerapporteerd, dat die rekening door gemelde commissie is nagezien en in orde bevonden, weshalve wordt voorgesteld haar goed te keuren. De voorzitter dankt de commissie en in 't bijzonder haren rapporteur voor het uitgebracht verslag en stelt voor overeenkomstig de conclusie daarvan, de onderwerpelijke rekening goed te keuren. Waartoe zonder bedenking besloten wordt. De voorzitter en de heeren Scheltus en Teychiné, deel uitmakende van de commissie van beheer van boven genoemd pensioenfonds, wenschen geacht te worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1899 | | pagina 158