21 Januari 1899.
17
geacht. Hadden zij een dergelijk onderzoek ingesteld, dan
bestaat er geen enkele grond voor de veronderstelling, dat
het resultaat in strijd zou zijn geweest met hetgeen men
heeft kunnen waarnemen bij alle hoogere burgerscholen,
waar na de toelating van meisjes het getal leerlingen voort
durend is gestegen. Men inforineere b v maar eens te Tilburg
Met het rapport der commissie van toezicht op het mid
delbaar onderwijs is ander en beter, ja uitmuntend mate
riaal verkregen om het beginsel van coëducatie, dat natuurlijk
voor gymnasium en hoogere burgerschool hetzelfde is,
objectief te beoordeelen.
Dat materiaal is te danken aan den ijverigen directeur
der hoogere burgerschooldie tijd noch moeite spaarde om
een rapport te kunnen samenstellen, waarin een volledig
overzicht gegeven wordt van de hoogere burgerscholen, waar
jongens en meisjes al of niet samen gaan, en van de op
ervaring gegronde meeningen van bijna alle heeren directeuren.
Met de meeste bescheidenheid, maar volkomen correct,
houdt de directeur zijne eigen meening over de zaak terug.
O. m. blijkt uit dat rapport en hierop komt het bij
eene beschouwing uit een paedagogisch oogpunt in de voor
naamste plaats aan dat de ervaring op tal van scholen,
gedurende eene reeks van jaren, geleerd heeft, dat de toe
lating van vrouwelijke leerlingen niet alleen niet het minste
gevaar oplevert noch voor de moraliteit nóch voor de studie,
maar dat integendeel die toelating in beide opzichten gun
stig heeft gewerkt.
Vrijwel algemeen heeft men kunnen opmerken, dat de
jongens minder ruw, beleefder en ridderlijker geworden zijn
en dat de tegenwoordigheid van meisjes stimuleerend werkt
op de studie. Van een slechten invloed is nergens gebleken.
Spreker zou eene groote gemeente in deze provincie kun
nen noemen, waar de directeur, een uitstekend paedagoog,
zich aanvankelijk, uit innige overtuiging, met hand en tand
heeft verzet tegen de toelating van meisjes en die nu een
der grootste voorstanders daarvan is. Dit feit alléén weegt,
volgens spreker, wel op tegen alle subjectieve meeningen
en vermoedens,