492 8 Juli 4899. N. A. P.de kanaalbreedte op het kanaalpeil van N. A. »P. 18 M.in den boden 10 M.bij 2/10 M. diepte. »De gemiddelde hoogwaterstand te Oosterhout zal ongeveer »1,20 M. plus N. A. P. bedragen. sliet kanaalprofil is ongeveer l'/2 maal ruimer dan dat »van de Roode Vaart, doch het kanaalvak heeft ongeveer »2/3 van de lengte van die Vaart, het verhang bij de water- inlating zal dus bij beiden weinig verschillen. »By de beoordeeling van de toekomstige omstandigheden »moet men voorts niet over het hoofd zien 1°. dat Breda s voortaan de kostelooze waterinlating langs het kanaal zeker swel eerder zal vragen dan de inlating langs de Roode »Vaart, die telkens 50,kost en 2°. dat het heemraadschap svan de Mark en Dintel, in welks bestuur ook Breda zitting sheeft, zich dan voortaan nog minder dan nu ontzien zal het swater aan Dintelsas laag af te tappen, als zulks in het sbelang der afwatering van de langs gelegen polders mocht sgewenscht worden, sllier enz. De ingenieur van den rijkswaterstaat sC. A. JOLLES. sUitgegeven voor woordelijk gelijkluidend uittreksel De secretaris-generaal van het departement van ^waterstaathandel en nijverheid, »DE BOSCH KEMPER." De voorzitter, dit punt aan de orde stellende, zegt, dat het rapport berust op eene dwaling. De gemeente heeft geene overeenkomst aangegaan omtrent het inlaten van water met het bestuur van sHaven en Sassend van Zevenbergen. Integendeelzoodra het water in de Haven alhier tot beneden 48 c.M. A.P. is gedaald, wordt daarvan bericht gezonden aan het heemraadschap van »Mark en Dintek. Dit bestuur zorgt alsdan voor het inlaten van water en, voor zoover dit niet in staat is die inlating langs het Dintelsas te bewerk stelligen wordt het verzoek daartoe gedaan aan het bestuur

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1899 | | pagina 192