228 29 Juli 1899. boeken regelmatig zijn bijgehouden en het onderzoek der registers en bescheiden tot geene bemerkingen heeft aan leiding gegeventerwijl de ontvangsten hebben bedragen over het dienstjaar 1898 /541945,79s en over het dienstjaar 4899 189562,68, totaal /731508,47s; en de uitgaven over het dienstjaar 1898 502533,11 en over het dienstjaar 1899 169121,31, totaal ƒ671654,42, zoodat derhalve in kas moest zijn een bedrag van /59854,05s. Ten kantore van den ontvanger is aanwezig bevonden eene som van ƒ34705,055, welke som met het saldo, aanwezig bij de Amsterdamsche bank tot betaling van coupons en uitgelote obligatiënad ƒ25149,overeenstemt met het hiervoor genoemde voor- deelig saldo. De voorzitter stelt voor dit proces-verbaal voor ken nisgeving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 13. Schrijven van de commissie van bestuur van het pensioenfonds van gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen te Breda, d.d. 24 Juli 1899, n°. 14, daarbij, in verband met de ingekomen aanvrage van K. A. Lokker, eervol ontslagen agent van politie te Bredaom in het genot te worden gesteld van pensioenvoorstellende aan genoemden K. A. Lokker een jaarlijksch pensioen toe te kennen ten laste van genoemd fonds, ten bedrage van 228, te rekenen te zijn ingegaan met 1 Juni 1899. De voorzitter vraagtof de raad zich met dit voorstel kan vereenigen. Niemand daartegen '.bedenking hebbende, wordt besloten aan K. A. Lokker voornoemd een pen sioen toe te kennen van 228,'sjaars, te rekenen van 1 Juni 1899. 14. Namens burgemeester en wethouders wordt door den voorzitter ter voorloopige vaststelling aangeboden de rekening dezer gemeente over 1898met bijlagenbedragende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1899 | | pagina 228