23 September 1899. 285 en wethouders alhier, d.d. 20 September 1899, n°. 1144, houdende mededeeling, dat de heropende onderhandelingen geleid hebben tot het verkrijgen van overeenstemming met de verzoekende maatschappij omtrent de voorwaarden van gas- en waterlevering, en wel op den voet zooals die in bedoeld adres zijn geformuleerd, en mitsdien, ook namens de com missie van bijstand in het beheer der gasfabriek en water leiding, in overweging gevende op meergenoemd adres gun stig te beschikken. De voorzitter stelt deze - zaak aan de orde. De heer IngenHousz acht het wenschelijk omtrent de prijsbepaling van het gas en water dezelfde regels te volgen, als bij amendement voor de bewoners van den Zandberg is vastgesteld. De heer Ltjdsman betoogt, dat het zeer in het belang der gemeente is het verzoek in te willigen. Spreker wenscht echter te vernemen, of de werken, door de maatschappij in den boulevard tot stand te brengen, onder toezicht en naar voorschriften, van gemeentewege te verstrekken, zullen worden uitgevoerd. De voorzitter, de vorige sprekers beantwoordende, zegt, dat in het op te maken contract, hetwelk later aan de goedkeuring van den raad zal worden onderworpen, met beider wenschen zal worden rekening gehouden. De heer Reigersman wijst erop, dat bij de vorige onderhan delingen het systeem op den voorgrond was gesteld, om uit sluitend gas en water aan de maatschappij te leveren, terwijl dit nu rechtstreeks aan de verbruikers zal worden geleverd. Spreker wenscht de redenen te vernemen, waarom op die regeling is teruggekomen De voorzitter zegt, dat dit een der groote bezwaren was, waarom de maatschappij de voorwaarden niet wenschte te aanvaarden, Ook de stationsmeters komen daardoor te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1899 | | pagina 285