312 14 October 1899 Artikel 1. »Door de gemeente Breda wordt aan de «Bredasche bouw- sgrondmaatschappijten behoeve van hare terreinen en van «de bewoners der perceelen, een en ander gelegen langs den «weg verbindende de Wilhelminastraat met het Mastbosch, «voor zoover die op 15 Juli 1898 in de openbare registers «ten name der maatschappij bekend stond, gas van de Bre- «dasche gasfabriek en water uit de Bredasche hoogdrukwater- «leiding verstrekt. Art. 2. «Ten haren koste legt en onderhoudt de maatschappij op «hare terreinen aan beide zijden van den weg gas-en water- «leidingsbuizen, stelt lantaarnpalen met de noodige buizen en «lantaarns, alsmede de vereischte brandkranen. Zij vergoedt «aan de gemeente Breda de kosten van aansluiting aan de «buizennetten der gemeente. Art. 3. «De maatschappij mag geen andere buizen ten behoeve «der waterleiding gebruiken dan goed geasphalteerde ijzeren «of looden buizen met vaste tinvoering, welke laatste eene «dikte moet hebben van m.M. bij een minimumgehalte van »98°/0 tin. De buisleidingen in de aan te sluiten perceelen «moeten aan diezelfde vereischten voldoen. «De controle hierover wordt aan de gemeente door de «maatschappij gewaarborgd. «De werken, in art. 2 bedoeld, worden uitgevoerd en onder- «houden onder de leiding en het toezicht van den directeur «der gasfabriek en waterleiding te Bredaaan wiens goedkeu- «ring ook het in gebruik te stellen materiaal onderworpen is, «behoudens beroep op burgemeester en wethouders, ingeval «van geschil. Art. 4. «De maatschappij betaalt aan de gemeente voor het ver dichten en onderhouden van elke lantaarn met één vlam «per jaar twee en dertig gulden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1899 | | pagina 312