ll iSfoVEMBEE 1899.
339
dat „Alles voor allen'' van alle verdere onderhandelingen af
ziet.
De heer Lijdsman vraagt, of er eenige contractueele ver
bintenis bestaat tusschen de gemeente en de vereeniging „Al
les voor allen" tot verpleging van behoeftige lijders in het ge
sticht dier vereeniging.
De heer Heijlaerts zegt, dat hij officieel niets, doch offi
cieus wel eenige bedenkingen tegen de ontwerp-voorwaarden
in het midden heeft te brengen.
Allereerst wijst spreker erop, dat de gemeente, krachtens
wettelijk voorschrift, verplicht is een lokaal in te richten voor
verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten. Daartoe zijn
noodig een gebouw, grond, verpleging enz., hetgeen met recht
een lastpost voor de gemeente kan genoemd worden.
De vereeniging „Alles voor allen" wil dien last op zich ne
men, doch in plaats van daarmede eenigszins rekening te
houden, laten burgemeester en wethouders alles tot in de
kleinste bijzonderheden taxeeren, waardoor de koopsom zoo
verbazend hoog wordt, dat „Alles voor allen" daarop onmoge
lijk kan ingaan.
Op de tweede plaats, zegt spreker, is het gasthuis eene par
ticuliere inrichting, uit legaten gesticht, terwijl een groot deel
van het kapitaal later voornamelijk door de zusters is bijeen
gebracht. Het gasthuis is dus aan niemand rekenplichtig, ter
wijl van overheidswege ook nooit daarop eenige suzereiniteit
is uitgeoefend. Het laat zich dus aanzien, dat „Alles voor al
len" in geen geval eene commissie zal dulden, zooals in de ont-
werp-voerwaarden is uitgedrukt.
Een derde bezwaar is, dat, wanneer onverhoopt een patiënt
zou geweigerd worden, die patiënt voor rekening van het
gesticht bij particulieren zal worden verpleegd en „Alles voor
allen" bovendien nog verplicht zou wezen voor iederen dag
f 10,te betalen.
Spreker zegt, dat hij 45 jaren als geneesheer aan het gast-