392
16 December 1899.
„hetzelfde blijft, daar er geen boomen over de overbrugging
„kunnen vervoerd worden.
„Hieromtrent valt op te merken, dat er ook nimmer sprake
„van is geweest, boomen over de te maken brug te vervoeren,
„doch dat nu het hout (planken), bestemd voor het zagen
„van jaloezielatten, wordt opgeborgen op den zolder van het
„pakhuis, staande aan de oostzijde van de Zandpoort, over
„die straat, moet worden vervoerd naar de zagerij en werk
plaats, staande aan de westzijde van de Zandpoort, om de
„bewerking tot latten te ondergaan en dat, na de totstandko-
„ming der brug dat hout daarover zal worden vervoerd, zoo-
„dat dit aan de passage over de straat ten goede zal komen.
„Wat betreft het rondom gesloten zijn der overbrugging,
„komt dit ons, voor het behoud van luchtstrooming in de
„straat, niet gewenscht voor, doch wel dat de leuning der brug
„zoodanig wordt geconstrueerd en uitgevoerd, dat het gevaar
„voor het vallen van hout, redelijkerwijze, is uitgesloten.
„De zolder van het bovengenoemde pakhuis ligt op 3,40
,,M. boven de kruin der straat en was daarop de hoogte van
„3,35 M., onderkant brug, in het adres van den adressant geba
seerd. Ten einde aan het hoofdbezwaar der reclamanten te
„gemoet te komen, bestaat er geen overwegend bezwaar den
„onderkant der overbrugging te stellen op 3,80 M. Wij zijn
„van meening, dat alsdan voldoende met de bezwaren van re
clamanten rekening is gehouden, te meer omdat, plaatselijke
„toestanden in aanmerking genomen, wel nimmer aldaar groo-
„te hooi- of stroomagazijnen zullen verrijzen.
„De Zandpoort is openbare weg en komt als zoodanig voor
„op den ligger der wegen en voetpaden voor deze gemeente.
„Met inachtneming van het bovenstaande bestaat bij ons
„tegen de overbrugging geen bezwaar, doch wij achten het ge-
„wenscht, dat tot erkenning van eigendomsrecht jaarlijks een
„zeker bedrag wordt betaald.
„Wij geven U daarom in overweging aan adressant, tot
„wederopzegging, vergunning te verleenen tot het maken van
