1 April 1899, 93 »koop en het leggen vanwege de gemeente Breda «van 12" in de plaats van 10" gasbuizen van den «hoek GinnekenstraatHoutmarkt af tot aan het «Van Coothplein y>b. van den aankoop en het leggen vanwege de gemeente y>Breda met alle daarbij komende kosten van het «opbreken en het herstraten der bestrating van »10" gasbuizen van het Van Coothplein af, in de «Nieuwe Ginnekenstraat en in de Wilhelminastraat; «met dien verstande, dat voor de waarde der thans «aldaar liggende buizen eene billijke vergoeding, «vast te stellen door burgemeester en wethouders, wordt toegestaan; DC. van den aankoop en het leggen vanwege de gemeente Breda, met alle daarbij komende kosten van het «opbreken en het herstraten der bestrating, van 8" «gegoten waterleidingsbuizen met afsluiter van de «Wilhelminastraat af tot aan den ingang van den «door de maatschappij aangelegden verbindingsweg «tusschen de Wilhelminastraat en het Mastbosch. Art. 3. «De maatschappij mag geene andere buizen ten behoeve «der waterleiding gebruiken, noch toelaten dat gebruikt «worden, dan goed geasphalteerde ijzeren of looden buizen «met vaste tinvoering, welke laatste eene dikte moet hebben «van m.M. bij een minimum gehalte van 98 "/0 tin. De «buisleidingen der aan te sluiten perceelen moeten aan die «zelfde vereischten voldoen. «De controle hierover wordt aan de gemeente door de «maatschappij gewaarborgd, die ingeval die controle ten op- «zichte van eenig perceel wordt belet of belemmerd door «wien het ook zijaan de gemeente het recht toekent de «leidingen naar dat perceel af te sluiten of af te snijden. «Het aansluiten met de gas- en waterleidingsbuizen aan de «betrekkelijke werken der gemeente Breda, op het terrein «der maatschappij, geschiedt, zoowel wat de hoofdleidingen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1899 | | pagina 93