24 Maart 190Ó. 105 ,,te weten van kilogram, 1 kilogram, 2 kilogram of zooveel zwaarder als U zou goedvinden. „Zooals ons uit voormeld schrijven blijkt, spruit dit ver- „zoek voort uit de opgedane ervaring, dat de zoogenaamde „„maten" boter, die ter botermarkt eertijds werden verkocht ,,op een juist gewicht van 02 decagram, tegenwoordig gere geld op minder gewicht worden afgeleverd, zoodat de koo- „pers van „maten", hoewel voor 62 decagram tot den kilo- prijs betalende, herhaaldelijk onderwicht ontvangen. „Het bezwaar is derhalve uitsluitend gelegen in het gc- wicht der „maten" boter. „De boter wordt op de botermarkt verkocht in tweeërlei „vorm, te weten als stukken of z.g. weggen, en als maten. „De stukken of weggen, die van onderscheiden zwaarte „zijn, worden gewogen in de officieele, in de boterbal geves tigde waag, voor welker gebruik het loon geregeld is bij ver ordening, laatstelijk vastgesteld bij raadsbesluit van den 29. „Juli 1899. Het gewicht der maten boter echter is conven tioneel het regelt zich naar een overoud gebruik en wordt „geacht te moeten zijn 6,2 hectogram. Die „maten" worden „niet in de waag gewogen. „Zou alsnu worden ingegaan op het verzoek der kamer, „dan zouden enkel stukken tot juiste gewichten mogen ver- tocht worden en de „maten" alzoo van de markt verdwij nen. „Wij meenen waar een overoud gebruik gevestigd is, waar- „aan verkoopers en koopers nog gehecht zijn, zooals in het „onderwerpelijk geval met de „maten" boter het geval schijnt „te wezen, dit, zonder onvermijdelijke noodzakelijkheid niet „moet opgeheven worden. Daarbij weten wij niet, of het sto- „rend optreden in deze aangelegenheid ook nadeelig zou kun- „nen zijn voor den bloei der botermarkt. „Daarom zouden wij den verkoop ook van zoogenaamde „maten boter willen handhaven; doch, daar in het gewicht „dier maten en uitsluitend daarin volgens de ka- „mer, het bedrog schuilt, maatregelen willen nemen, dat dit „bedrog beteugeld wordt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1900 | | pagina 105