110
21 April 1900.
Alsnu stelt de voorzitter aan de orde
A. Ingekomen stukken.
1. Brief van de gedeputeerde staten in Noord-Brabant,
d.d. 22 Maart 1900, G, 11°. 34, geleidende een afschrift van
het koninklijk besluit van 7 Maart 1900, n°. 53, waarbij tot
1 Mei 1903 goedkeuring is verleend aan de verordening tot
heffing van staangeld voor het gebruik van gemeentegrond
alhier.
De voorzitter stelt voor dit schrijven voor kennis
geving aan te nemen en, voor zooveel noodig, ter uitvoering
te verzenden naar burgemeester en wethouders.
Waartoe besloten wordt.
2. Besluiten van de gedeputeerde staten voornoemd als
a. in dato 5 April 1900, G, n». 8, houdende goedkeuring
van een suppletoir kohier van de belasting voor het
gebruik van den openbaren gemeentegrond voor den
dienst van 1900, ten bedrage van f 0,50;
b. in dato 5 April 1900, G, n°. 3, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 24 Maart 1900 tot wijziging
der gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1899 door
verhooging van hoofdstuk III, afdeeling II, art. 1 dei-
ontvangsten (inkomsten ten behoeve der ambachts
school), met f 82,69, en door verhooging met gelijk
bedrag van hoofdstuk VI, afdeeling I a, art. 1 der uit
gaven (kosten der ambachtsschool)
c. in dato 5 April 1900, G, n°. 4, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 24 Maart 1900, om in de be
grooting voor het dienstjaar 1899 af te schrijven van
hoofdstuk VIII, art: 1 (onvoorziene uitgaven), een be
drag van f 977,855, en over te schrijven oji
hoofdstuk VI, afd. I, art. 16a (jaarwedden der leeraren
