d. in dato 14 April 1900, G, no. 75, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 24 Maart 1900, tot onder- handsche verhuring van den stal en het koetshuis ach ter het huis ,,het liggend hert," aan den heer jlir. C. C. Six, alhier. 21 April 19ÖÓ. Ill hoogere burgerschool), een bedrag van f 653,33 hoofdstuk YI, afd. I, art. 165 (schoolboeken en schoolbehoeften hoogere burgerschool) 136,465 hoofdstuk VI, afd. I, art. 16c (vuur en licht hoogere burgerschool29,20 hoofdstuk VI, afd. I, art. 16<7 (onderhoud gebouw en meubelen hoogere burgerschool) 158,86 Samen f 977,855 De voorzitter stelt voor deze besluiten eveneens voor kennisgeving aan te nemen en, voor zooveel noodig, ter uit voering te verzenden naar burgemeester en wethouders. Waartoe besloten wordt. 3. Besluit van de gedeputeerde staten voornoemd in dato 29 Maart 1900, G, no. 109, waarbij de aanslag in den hoof- delijken omslag dezer gemeente voor het dienstjaar 1899 van H. N. Boerrigter wordt verminderd met f 1,335 en alzoo van f 20,025 wordt teruggebracht op f 18,69, berekend naar een vermoedelijk inkomen van f 1450,over 8 maanden. De voorzitter geeft in overweging dit besluit voor kennisgeving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 4. Proces-verbaal van de op 11 April 1900 gedane kasop- neming bij den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt, dat de boeken regelmatig zijn bijgehouden en het onderzoek der re gisters en bescheiden tot geene bemerkingen heeft aanleiding gegeven, terwijl de ontvangsten hebben bedragen over het dienstjaar 1899 f 535891,39 en over het dienstjaar 1900

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1900 | | pagina 111