126
21 April 1900.
vergadering, onder nader vast te stellen voorwaarden, con
cessie verleend aan den heer E. de Bruijne te Ginneken tot
aanleg en exploitatie van een paardentram van af den bou
levard BredaMastbosch tot aan het Yan Coothplein en
,werd punt b van ons praeadvies (strekkende om aan den
verzoeker te kennen te geven, dat aan het overige gedeelte
,van zijn verzoek om technische redenen niet kan worden
,voldaan) tot eene volgende vergadering aangehouden.
„Dit besluit steunde
1°. „op een ingekomen adres d.d. 2 Maart 1900 van den
„directeur der Ginnekensche tramweg-maatschappij,
„verzoekende niet integaan op de aanvrage van den
„heer E. de Bruijne te Ginnekentot gedeeltelijk me
degebruik van rails dier maatschappij, op grond van
„de onbillijkheid, welke ontstaat tegenover eene maat
schappij, die reeds gedurende 16 jaren groote dien-
Sten aan het verkeer in- en naar Breda heeft bewe-
,,zen, door op hare eigendommen concurrentie toe te
„staan.
2o. „op een adres d.d. 20 Maart 1900, van denzelfden, ver-
„zoekende om, daarbij aangevoerde redenen, uit art.
„26 der concessievoorwaarden, te doen vervallen de
„woorden „De concessionarisse is verplicht te gedoo-
,,,,gen, dat de wegen, de rails, waarover haar dienst
„„plaats heeft, volgens besluit van burgemeester en
„„wethouders der betrokken gemeenten, mede door
„„andere tramweg-maatschappijen worden gebruikt."
3°. „op een nader van den heer De Bruijne bovengenoemd
„ingekomen adres d.d. 20 Maart 1900 te kennen ge-
„vende, dat voor het geval bij den raad bezwaar mocht
„bestaan om concessie te verleenen volgens de primi
tief aangegeven route, hij volgaarne genegen is die
„route te wijzigen en eene concessie te aanvaarden
„langs de volgende wegen Wilhelminastraat (West-
„zijde), Nieuwe Ginnekenstraat (Oostzijde), Yan Cooth-
„plein, Ginnekenstraat tot aan Karrestraat (desver-