25 Augustus 1900.
211
„gemeente Breda met bovenbedoelde tram samenvalt, ten
„behoeve van deze laatste, op dezelfde sporen, nevens elec-
„trisches- ook stoomtractie te mogen gebruiken.
„De aanvrage is derhalve tweeledig, evenwel niet los van
„elkander, en betreft
a. „het aanleggen en exploiteeren van een stoomtramweg,
„op het gedeelte van den weg BredaStrijbeek, van af
„den zoogenaamden Busselberg, door Ulvenliout, naar
„het begin van den provincialen weg naar Chaam.
„Dit wegvak, hoewel onder de gemeente Ginneken
„gelegen, is in onderhoud bij de gemeenten Ginneken
„en Breda, en slechts in zooverre is deze gemeente bij
„het verleenen der concessie-aanvrage betrokken.
b. „toe te staan op den door de aanvragers geprojecteer-
„den electrischen tramweg BredaGinnekenTilburg
„voor zooverre die tramweg in de gemeente Breda met
„den bovenbedoelden stoomtramweg samenvalt, ten
„behoeve van dezen laatste, op dezelfde sporen, nevens
„electrische- ook stoomtractie te mogen, gebruiken.
„Ten aanzien der aanvrage sub a bestaat bij ons geen be-
„zwaar. De te stellen voorwaarden zullen evenwel met het ge-
„meentebestuur van Ginneken en Bavel geregeld en vastge
steld moeten worden.
„Wat betreft het verzoek b, hebben wij de eer in herinne
ring te brengen, dat bij uw besluit van 24 Maart 1900 aan
„de heeren Beversen en Van Heurn bovengenoemd, onder
„nader vast te stellen voorwaarden, concessie is verleend tot
„aanleg en exploitatie van een electrischen tramweg van het
„station Breda, door de Frederikstraat, langs den Delprat-
„singel, den Oranjesingel, den Wilhelminasingel tot even
„voorbij den watertoren, den middelweg van het Wilhel-
„minapark en vervolgens langs den Nieuwen Boulevard naar
„Ginneken, met een zijtak van af het Wilhelminapark in oos
telijke richting langs den zandweg naar Molengracht enz.,
„in de richting naar Tilburg.
„Op het deel geprojecteerden electrischen tramweg station
„Breda-Wilhelminapark verzoeken adressanten, op dezelfde
„sporen, naast electrische tractie ook stoomtractie te mogen
