27 October 19Ó0.
261
op deze verkooping vallende, ten laste zijn der koo-
pers.
5. Schrijven van den lieer kapitein, eerstaanwezend inge
nieur in het 3<le genie-commandement te Breda, d.d. 12 Octo
ber 1900, no. 880, daarbij vergunning verzoekende tot het in
nemen van een gedeelte der openbare straat, ten behoeve der
verplaatsing van militaire inrichtingen, gelegen ten westen
van de kloosterkazerne alhier.
Bij dit schrijven is gevoegd het volgend prae-advies van
burgemeester en wethouders
i
„Bij ons is ingekomen bijgaande brief, d.d. 12 October 1900,
„no. 880, met situatieteekening, van den kapitein eerstaan
wezend ingenieur alhier, mededeelendey dat bij het departe-
„ment van oorlog het voornemen bestaat het reinigingslokaal
„en de brandspuitbergplats aan de Oude Vest en het privaat-
gebouw, alle bewesten de kloosterkazerne gelegen, af te bre-
„ken, de brandspuitbergplaats naar elders te verplaatsen, en
„in de ruimte tusschen de genoemde kazerne en de gemeen
telijke brandspuitbergplaats n». 2 een nieuw privaat- en rei-
„nigingsgebouw te stichten, ongeveer als op de bovengenoem-
„de situatieteekening is aangeduid.
„De kapitein eerstaanwezend ingenieur bovengenoemd
„verzoekt de vereischte vergunning den noordwestelijken ge>-
„vel van bedoeld gebouw te plaatsen in de. richting der op de
„situatieteekening aangegeven lijn A. B., waardoor het ge
deelte der openbare straat A. B. C. zou worden ingenomen,
„met het doel bedoelde gebouwen zoo ver mogelijk van de
„nabij gelegen keukens verwijderd te houden,
„De kloosterkazerne is eigendom der gemeente Breda en is
„blijkens proces-verbaal d.d. 11 December 1860 met het daar-
„bij behoorende erf, toen bij het kadaster bekend onder de
„gemeente Breda, sectie B, n°. 1673 (thans sectie1 B, n°.
„4307), voor militair gebruik aan het rijk kosteloos afgestaan
„o. a. onder beding dat indien bedoeld gebouw en erf door
„den minister van oorlog niet meer voor de militaire belan-
