131
i Mei 1901.
ter c van het tegenwoordig heffingsbesluit te lezen als volgt.
de uiterlijke staat, dien de belastingschuldigen voeren, voor
zoover het inkomen niet geheel naar de verschillende grondsla
gen kan worden berekend.
Als kenteekenen van den uiterlijk.cn staat worden aangeno
men enz. (Zie het tegenwoordig heffingsbesluit.)
Zonder bedenking wordt vorenstaande wijziging
goedgekeurd.
Daarna wordt voorgesteld de verordening op de invorde-
ring van den hoofdelijken omslag te wijzigen naar de wijzi
gingen, welke in het heffingsbesluit hebben plaats gehad en
in die verordening te veins tel bepalen, dat burgemeester en
wethouders do bevoegdheid hebben, hetzij in het beschrij
vingsbiljet, hetzij in een anderen vorm, alle zulke vragen aan
den belastingschuldige te stellen, als tot meerder© inlichting
omtrent den te docnen aanslag kunnen strekken.
Zonder eenige bedenking wordt gemeld voorstel
goedgekeurd.
Alvorens dei geheele verordening, zooa.ls die. tbans is gewij
zigd, door den voorzitter iin stemming wordt gebracht,
vraagt de heer Sassen of de verordening tbans wel in overeen
stemming is met de wet, wijl deze voorschrijft, dat het inko
men der belastingschuldigen op het werkelijk zuiver bedrag
moet worden berekend. Nu geeme aftrekken worden toege
staan en zelfs de renten van verschuldigde kapitalen niet mo
gen worden afgetrokken, is het niet mogelijk het voorschrift
der wet op te volgen.
Hst komt den heer Bloemaets voor, dat door het votum
van den raad wel eenig misverstand ontstaan is. Tot dusver
komt in de verordening evenmin de bepaling voor, dat de ren
ten van verschuldigde kapitalen van het inkomen worden af
getrokken, doch in de praktijk was dit steeds gebruikelijk.