22 Juni 1901. 163 „een uitwendig geweld, indertijd bij eene arrestatie opgedaan „en „Brocatus wegens traumatische ontsteking van de knie, „opgedaan bij eene arrestatie, volstrekt ongeschikt is voor „den dienst. „Beide adressanten hebben alzoo aanspraak op invaliditeits pensioen volgens art. 5 lett. b der verordening en het be- „drag van dat pensioen behoort te worden geregeld volgens „art. 10 lett. czijnde de helft der middelsom bij art. 13 be- „doeld. Blijkens overgelegde deugdelijk verklaarde opgaven „bedraagt die middelsom voor Jonker f 720,335 en voor Bro- „catus f 570,Het bedrag van het pensioen voor Jonker „behoort te worden vastgesteld op 1 van f 720,335 f 361, „(volgens art. 15 in volle guldens te verleenen) en voor Broca- „tus op -J van f 570,f 285, „Wij hebben derhalve de eer uwen raad voor te stellen, „met ingang van 1 Juni 1901, aan C. Jonker een pensioen van „f 36,1,'s jaars en met ingang van 1 Mei 1901. aan P. Bro- „catus een pensioen van f 285,'s jaars toe te kennen". De voorzitter stelt voor om. overeenkomstig de con clusie van gemeld rapport, aan C. Jonker voornoemd toe te kennen een pensioen van f 361,'s jaars, te rekenen van 1 Juni 1901 en aan P. Brocatus voornoemd een pensioen van f 285,— 's jaars, te rekenen van 1 Mei 1901. Waartoe besloten wordt. 15. Bezwaarschriften aan de gedeputeerde staten en d<m gemeenteraad in zake aanslag in den hoofdelijken omslag de zer gemeente over het dienstjaar 1900. De voorzitter geeft in overweging deze adressen in besloten zitting te behandelen. Waartoe besloten wordt. B. Verslagen. 1. Door den voorzitter wordt verslag uitgebracht van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 163