166
20 Juli 1901.
1. Schrijven van mevrouwde weduwe G. LamersWiercx,
d.d. 12 Juli 1901, houdende kennisgeving van het overlijden
van haar echtgenoot, in leven gemeente-architect alhier.
De voorzitter, van zijn zetel opgestaan, zegt onge
veer het volgende
Mijne heeren Naar aanleiding van dit schrijven gevoel ik
„mij gedrongen een woord van hulde te wijdon aan de nage
dachtenis van den heer G. Lamers, in leven gemeente-archi-
„tect.
„Gedurende ruim 26 jaren heeft hij de gemeente gediend,
„trouw, vol ijver en met nauwgezette plichtsbetrachting. Ge
komen in eeme periode-, dat Brecla zich ging ontwikkelen
„door de slechting der vestingwerken, rustte op hem eene zwa-
„re taak. Straten werden aangelegd en woningen gebouwd in
„die mate, dat- de bevolking sedert zijne indiensttreding van
„14 000 zielen is geklommen tot ruim 26 000 zie-len, zonder
„dat uitbreiding van grondgebied plaats had.
„Het stichten van ze-ven scholen vo-o-r lager onderwijs, het
gymnasium, de hoogere burgerschool met gymnastieklokaal,
„het dempen van een groot- gedeelte van de Oude- Vest, de
„Donk en de- Gampe-1, dat alles zijn blijvende gedenkteekenen.
„die den naam van den heer Lamers alle eer a-a-ndoen. In een
„woord, de heer Lamers heeft een welbesteed leven gehad en
„de gemeente Breda is veel aa-n hem verplicht. Hij ruste in
„vrede
„Ik stel voor het schrijven va-n mevrouw de weduwe La-
„mers met een adres va-n rouwbeklag te- beantwoorden".
Dienovereenkomstig wordt beslot-en.
2. Be-sluiten va-n de gedeputeerde sta-ten van Noord-Bra
bant, als
a. in dato- 20 Juni 1901, G, n°. 12, houdende vaststelling
van de vergoeding voor huishuur voor het hoofd der
kost-e-loo-ze scho-ol aan de Middellaan op f 350,'s
jaars;
b. in dato 27 Juni 1901, G, n°. 110, houdende goedkeuring