180
20 Juli 1901.
dijk, naast liet huis van den hoer L. van Stratum. Een dier
woningen is nog minder dan een stal. In de muren en op den
zolder zijn groote gaten, hier en daar met. vodden dichtge-
stopt. Toch is er meer lucht. da,n licht.. Bij regen loopt het
water in stroomen door die openingen. Dat hok, want den
naam van woning kan het niet meer dragen, herbergt 7 per
sonen.
Aanvankelijk had spreker vernomen, da,t die woning door
liet armbestuur was gehuurd, doch later is hem verzekerd, dat
het armbestuur voor da.t gezin alleen de huishuur betaalt. In
ieder geval zou spreker wcnschen, dat. daarnaar een grondig
onderzoek zal worden ingesteldthans kan de' woning nog ge*
restaureerd worden, doch wanneer de winter daar is, zitten de
bewoners zoo. goed als op straat. Bovendien staat dit feit niet
alleen en zouden, bij een nauwkeurig onderzoek, nog meer
dergelijke' toestanden worden aangetroffen.
De voorzitter zegt, dat deze zaak grondig zal worden
onderzocht en da,t, wanneer het mogelijk is, het nemen van
maatregelen daartegen niet zal uitblijven.
4. De heer Lijdsman wijst op den onhoudbaren toestand
van het water aan den Nieuweweg. Spreker vraagt, of daarin
geene verbetering kan worden gebracht.
De voorzitter antwoordt hierop, da.t sedert den vo-
rigon dag een begin gemaakt is met baggeren.
De heer Vissers meent, dat vroeger steeds in den duiker
gebaggerd werd, doch dit in de laatste jaren niet meer plaats
heeft.
De voorzitter zegt, dat de oorzaak hiervan gelegen is
in den lagen waterstand. Bij hoog water is er voldoende door-
st,rooming en kan met de sluizen worden gewerkt.
5. De heer Heijlaerts vestigt de aandacht op het voortdu
rend stuk gooien door de straatjeugd van de ruiten in de ope
ratiekamer van het gasthuis. Behalve de nadeelen, welke daar-