222 21 September 1901. De heer Jacoby wijst erop, dat er een verzoek is ingekomen van enkele eigenaren, wier woningen gelegen zijn op de gren zen der geme:nte en nu komt het hem voor, dat die huizen, bewoond door arbeiders, die werken in Breda en hun geld ver teren in Breda, wel mogen deelen in de voorrechten, die de gemeente haren inwoners biedt. Doch dit is niet het eenige motief. Wanneer er gevaar dreigt voor typhus, zooals. de heer Heijlaerts d:ed opmerken, en de gemeente is in staat dat ge vaar te keeren of de ziektegevallen te beperken, dan behoort dit te geschieden uit menschlievendheid, onverschillig of de mensch.n wonen te Breda, Prinsenhage, Etten of Beur. Door burgemeester en wethouders is geadviseerd afwijzend op het verzoek te beschikken. Spreker meent dan ook, dat het verzoek thans heel goed op zich zelf kan behandeld wor den, weshalve hij voorstelt daarop een gunstige beschikking te nemen. De voorzitter acht het niet wenschelijk, thans op dit voorstel in te gaan en geeft mitsdien in overweging het nader prae-advies van burgemeester en wethouders af te wachten. De heer Jacoby zegt, dat hij ni:t zoo klemmend zou zijn, wanneer de woorden van den medicus - den heer Heijlaerts - hem daartoe geen aanleiding hadden gegeven. Ho© eerder dat gevaar geweerd wordt, des te beter. De heer IngenHousz meent, dat het voorstel van den heer Jacoby, met het. oog op de bepalingen van het reglement van orde,thans niet in behandeling kan komen. Het geldt toch eene geheel nieuwe zaak, een terugkomen op een vrorger ge nomen raadsbesluit, welk punt niet op het convocatiebiljct is vermeld. De voorzitter ontraadt nogmaals de behandeling van het voorstel van den heer Jacoby. Het prae-advi s steunt op een vroeger raadsbesluit, zoodat de raad thans, feitelijk geene andere dan eene afwijzende beschikking zou kunnen nemen. De heer Jacoby verklaart alsnu zijn voorstel in te trekken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 222