276 16 November 1901. teekeningen eerst later verstrekt worden, heieft de aannemer ongetwijfeld met die omstandigheid rekening gehouden, en kan dit niet van overwegenden invloed zijn geweest op de vertraging, te meer, wijl hem reeds direct na. de besteding de gelegenheid is gegeven van de details kennis te nemen. De heer Slechtriem meent erop te hebben gewezen, dat het gebruik, waarop de vorigei spreker doelt, wel bestaat, maar een slecht gebruik is. De heer Lijdsman betoogt nogmaals, dat dei aannemer heeft bewezen, dat hij geheel afhankelijk is geweest van den fabri kant. De heie-r Sassen zegt, dat, wanneer de aannemer werkelijk niet in do gelegenheid was om het ijzer op tijd te ontvangen, de gemeentel zich ook humaan moet betoonem. Da heer Rombouts brengt in het midden, dat tusschen de ze zaak en de vorige eien groot verschil bestaat. De handel in ijzersteentegels is commissiehandel, hetgeen met ijzer niet het geval is. In den regel is dit bij dei aannemers, in voldoende hoe veelheid voorhanden. De heer Lijdsman bestrijdt dei meening van den vorigen spreker en sitelt alsnu voor, aan den aannemer algeheele kwijt schelding to verleienein van do opgelegde! boete. Dit voorstel, voldoendo ondersteund, wordt, alsnu in stem ming gebracht en aangenomen met 11 tegen 8 stemmen. Vóór stemden do heeren Verschraage, Smits, Jacoby, Slechtriem, Staal, Rees, Sassen, Lijdsman, Van Mierlo, Van Dongen en Heijlaerts. Tegen waren de hoeren TngenHousz, Van Dam, Vissers, Rombouts, Van Hal, Scheltus, Teyciiiné en de voorzit ten. 10. Adres van C. de Kanter alhier, eigenaar van het per ceel gelegen aan den Haagdijk, sectie A, n°. 5010, daarbij ver-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 276