302
30 November 1901.
meerdere politieposten zullen gevormd worden en de uitbrei
ding derhalve niet zal strekken in het belang van den dienst.
De heer IngenHousz meent te moeten doien opmerken, naar
aanleiding van de vrees, door den heer Jacoby geuit over
heit vestigen van politieposten, dat een drietal jaren geleden
deze quaest.ie bij den raad is ter sprake geweest, doch dat
het hoofd van politie verklaarde, daarvoor te weinig perL
soneel te hebben. Dat ook thans niet tot het- vormen van
politieposten zal worden overgegaan, blijkt uit de omstan
digheid, dat daarvoor geen bedrag op de- begrooting is uit
getrokken. Het maken van een politiepost zou toch gepaard
moeten gaan met het stichten van een gebouw of het in orde
brengen van bestaande lokalen.
De heer Jacoby wijst erop, dat hij het oog heeft, niet zoo
zeer op het vestigen van een vasten politiepost, zooa-ls aan
den Ilaagdijk, als wel o-p het feit, dat dan eenigei straten meer
zullen moeten beiloope-n worden. Verder wijst spreker erop,
dat vroeger de- dienst werd waargenomen do-o-r slechts 4 a 8
agenten.
Behalve 8 agenten, waren er vroeger ook nog 20 nacht
wakers, antwoordt- de v o- oi r z i t-1 e- r.
Het voorstel van burgemeester en wethouders tot uitbrei
ding van he-t politiepersoneel met- 2 agenten wordt- a-lsnu in
s-bemming gebracht en aangenomen met 19 tegen 1 stemme-n.
Vóór stemden de- heeren Verschraage, IngenHousz, Heij-
laerts, Van Dam, Smits, Vissers, B-ombouts, Van Hal,
Scheltus, Slechtriem, Staal, Rees, Sassen, Lijdsman, Van
Mierlo, Van Dongen, Reigersman, Teychiné en de voor
zitter.
Tegen was de heer Jacoby.
Volgnummer 71. Art. 9, g.
In eene afdee-ling vraagt men, of de controleur der visch-