30 November 1901. 213 ciën, deze verbeteringen enkel wenschen uit te stellen tot het volgend jaar. De heer Lijdsman acht verbetering van de Molenstraat eveneens noodzakelijk. Met de Kraanstraat kan nog tot een volgend jaar gewacht worden. De heer Teychiné doet zich kennen als een der leden, die in de sectie-vergaderingen de verbetering van de Molenstraat niet urgent achtten. Wel laat de bestrating iets te wenschen over, doch deze is door herstelling goed te maken. Niet alle straten behoeven even kostbaar bestraat tei zijn als de hoofd straten. Bovendien is de Molenstraat voorzien van goede trottoirs voor dei voetgangers. De heer Verschkaage beito-ogt, dat de trottoirs in de Mo lenstraat smal zijn, zoodat eene gotedei keibestrating daar zeer noodzakelijk is. In de1 Karnemelkstraat heeft men trottoirs van voldoende breedte, zoodat eene verbetering van de- kei bestrating aldaar voorloopig kan worden uitgesteld. De heer Van Mierlo is wel voor verbetering van dei Mo lenstraat, doch wenscht dit werk tot een volgend jaar uit te stollen. A Is nu komt in stemming het nader voorstel van burge meester en wethouders, om voor dei bestrating van de School straat op de begroeting te behouden een bedrag van f 2034, en t© doen vervallen de voorgestelde verbetering van de Kraanstraat en een gedeelte van het plein aan de westzijde van het postkantoor, welk voorstel met 19 tegen 1 stemmen wordt aangenomen. Vóór stemden de hoeren IngenHousz, Heijlaerts, Van Dam, Smits, Jacoby, Vissers, Rombduts, Van Hal, Scheltus, Slechtriem, Staal, Rees, Sassen, Lijdsman, Van Mierlo, Van Dongen, Reigersman, Teychiné en de voorzitter. Tegen was de heer Verschraage. Het nader voorstel van burgemeester en wethouders om

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 313