324 30 November 1901. beantwoording der vraag, of heit stichten eener kosbelooze Fröbelschool wel op den weg der gemeente ligt, zijn van oor deel, dat de behoeft© a-an zoodanige inrichting hier ter stede niet bestaat. Vanwege bijzondere instellingen en particulie ren wordt, voldoende voorzien m de gelegenheid om kinderen, zonder onderscheid va.n godsdienstige gezindtei, op bewaar scholen te doen plaats nemen. De billijkheid, om het leerplan op de kosteloo'ze school gelijk te doen zijn aan dat op de betalende school, wordt door burgemeester en wethouders niet beaamd. Het koste- loos onderwijs; is hier uitstekend geregeld. Bovendien bestaat de gelegenheid, om kinderen van onvermoig'enden op de be talende scholen t© doen plaats nemen, en wel volgens art. 20 der verordening tot regeling van het openbaar lager onder wijs in deze gemeente, hetwelk luidt: ,,Op voorstel der plaatselijke commissi© van toezicht kun nen burgemeester en wethouders tot de hoogerei klassen der scholen sub A, B en C (betalende scholen) kinderen zonder „betaling van schoolgeld toelaten, die met vrucht liet lager „onderwijs: genoten hebben, doch wier ouders onvermogend „zijn, het voor die scholen bepaalde schoolgeld te voldoen." De heer Jacoby zegt, dat hij het niet eens is met de mee ning van burgemeester en wethouders, dat het aantal be waarscholen hier ter stede voldoende is. Spreker zegt, dat het hier geldt, eene1 teer© quaestie', doch dat enkel het belang der zaak en volstrekt geene onverdraagzaamheid hem dit onderwerp ter sprake doet brengen. Allereerst betoogt, spreker, dat de bewaarscholen bier ter stede niet goed zijn. Dei bewaarscholen moeten dienen tot voorbereidend onderricht, waar d© kinderen leeren denken, zien en begrijpen. Voor de mensicben, die betalen kunnen, bestaat dei gelegenheid tot zoodanig onderricht, doch voor de behoeftigen niet.. De bewaarscholen, waarop burgemeester en wethouders doelen en welke ook spreker op het oog beeft, vers-trekken hoofdzakelijk godsdienstonderwijs. Spreker respecteert dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 324