14 December 1901.
339
De lieer Schei.tus zegt, dat de concessionaris in den laat-
sten tijd toch enkel gebruik maakt van het gedeelte van
den wissel, liggende aan dei oostzijde der straat.
Do voorzitter voegt er nog aan toe, dat technische
bezwaren hieraan niet verbonden zijn, omdat het een dubbele
wissel is en van beide lijnen dus naar willekeur kan gebruik
gemaakt worden.
De heer Lijdsman zou adressanten in uitzicht willen stellen,
dat, bij het doortrekken der lijn, de rails in de Torenstraat
naar de kerkzijde zullen verlegd worden.
De voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders
dit punt later zullen overwegen.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en
wethouders.
6. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het
adres van A. Bank alhier, gewezen pachter van het visch-
water, verzoekende als zoodanig ontheven te worden van
alle verdere pachtschuld en welk prae-advies luidt als volgt
„Met betrekking tot het verzoek van A. Bank, besproken
„in uwe vergadering van den 16. November 1901, hebben
„wij de eer U te berichten het volgende:
„Bij de verpachting van het visehwater zijn voor adressant
„borg gebleven J. W. Zwartkruis en J. van den Brule.
„Hadde Bank zijn beroep kunnen blijven uitoefenen, dan
„zou hij zijne pachtpenningen wel betaald hebben, doch hij
„werd getroffen door ziekte en geraakt© dien tengevolge in
„armoedige omstandigheden.
„Dien toestand hebben ook niet de borgen kunnen voor
dien, de zaak niet uit een juridisch, maar uit een moreel
„oogpunt beschouwd.
„Toen Bank, ten gevolge van ziekte, hij raadsbesluit van
„den 23. Maart 1901, als pachter ontslagen is, is dit geschied