40 23 Februari 1901. genwoordige omstandigheden, naar sprekus meening, geene enkele reden bestaat. Iïet voorstel va,n burgemeester en wethouders om de ver gooding voor huishun,r van ieder derl schoolhoofden met f 50,te verhoogen wordt alsnu in stemming gebracht, waar van do uitslag is, dat 9 leden voor en 9 leden zich daartegen verklaren, zoodat de stemmen staken en, in verband met art. 50 der gemeentewet, het nemen van een besluit tot eene vol gende vergadering wordt uitgesteld. Vóór stemden de heeren Verschraage, IngenHousz. Rom- bouts, Van Hal, Heijlaerts, Bloemarts, Staal, Rees en de voorzitter. Tegen waren de heeren Sassen, Lijdsman, Van Dongen, Reigersman, Teychinf., Vissers, Van Dam, Slechtriem en Van Mierlo. 14. Voorstellen van burgemeester en wethouders in zake het openen der nieuwgebouwde school aan de Middellaan en het oprichten eener derde tusschenschool en waaromtrent de beslissing in de/Vorige vergadering is aangehouden. De voorzitter geeft in overweging d.a openbare ver gadering voor eenige oogenblikken te schorsen en in gehei me zitting over te gaan. Waartoe besloten wordt. Na haropening deir vergadering stelt de voorzitter de zaak opnieuw aan de orde, luidende de betrekkelijke voor stellen van burgemeester en wethouders als volgt: ,,Bij schrijven van 13 Augustus 1900, n°. 1173, stelden wij „aan de plaatselijke schoolcommissie alhier de vraag, op hoe- „danige wijze de nieuw gebouwde school aan de Middellaan „het best zou zijn in te richten. „Wij ontvingen daarop het volgend antwoord

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 40