ONTWERP. 20 April 1901. Tegenwoordig de hoeren H. A. SASSEN, J. LIJDSMAN. B. C. VAN DONGEN, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, mr. W. INGENHOUSZ, W. G. H. ROM- BOUTS, J. A. J. W. VAN HAL, A. P. SCHELTUS, F. J. M. HEIJLAERTS, J. W. J. VISSERS, mir. M. P. M. VAN DAM, W. J. SLECHTRIEM, L. A. M. VAN MIERLO, L. J. STAAL, A, J REES, mr. P. M. J. E. BLOEMARTS, A. J. A. VERSCHRAAGE en, E. H. A. GULJÉ, burgemeester, voorzitter. De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat de notulen van het verhandelde in dei vergadering vato 23 Maart 1901, overeenkomstig het bepaalde bij art. 8 van het regle ment van or.'de voor den gemeenteraad, ter inzage voor de le den hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezon den en vraagt of iemand dar ledeja alsnog voorlezing daarvan verlangt of eenige bemerkingen daartegen in het midden heeft te brengen. De heer IngenIIousz wijst erop, dat blijkens het vermei de op pagina 65 van de gedrukte notulen, door hem zou ge vraagd zijn of verlaging van den gasprijs met 1 April van zoodanigen invloed op de begrooting zou zijn, da,t het financi eel overwichtdaardoor in gevaar zou kunnen komen. Dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1901 | | pagina 79