20 April 1901. 97
Hiertoe besloten zijnde cm nadat de raad zijn verlang ~n had
to kennen gegeven, dat de voorzitter deze commissies-
leden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig benoemd
de heeren m'. M. P. M- van Dam, J. J. L. Teychiné en H. A.
Sassen.
20. Schrijven van de commissie van bestuur van het pen
sioenfonds voor gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en
weezen te Breda, d.d. 27 Maart 1901, no. 17, daarbij ter goed
keuring aanbiedende de rekening en verantwoording van ge
meld pensioenfonds over het dienstjaar 1900.
Nadat op voorstel des voorzitters besloten is deze
rekening eveneens te stellen in hainden eener commissie van
drie leden tot onderzoek en rapport en de raad zijn verlangen
heeft te kennen gegevein, dat de commissieleden door den
voorzitter worden aangewezen, worden door hem als zoodanig
benoemd de heeren jhr. mr. A. Beigersman, mr. W. Ingen-
Iïousz en A. J. A. Yerschraage.
21. Adres van den heer E. de Bruijne, concessionaris van
den aan te leggen tramweg BredaBoulevard.Mastbosch,
daarbij, in afwachting van de nog vast te stellen bepalingen
omtrent het gemeenschappelijk gebruik der rails van andere
tramwegmaatschappijenvergunning verzoekende, tot den
aanleg en het in exploitatie brengen van het gedeelte der lijn,
loopende van het VanCoothplein tot aan den boulevard Bre-
da—Mastbosch, alsmede om buiten toepassing te laten de be
paling van art. 29 sub b der concessiei-voorwaarden, betreffen
de het vervallen der concessie, indien de lijn niet binnen één
jaar na de aanvaarding is voltooid.
Bij dit adres is gevoegd het volgend prae-advies van bur
gemeester en wethouders;
„Bij ons is ingekomen bijgaand adres van den heer Ernest
,,de Bruijne, te Girmeken, concessionaris van den aanleg en
„de exploitatie van een paardentramweg van af den boulevard
„BredaMastbosch a,an de Wilhelminastraat, door de kom
