9 Mei 1903.
Ill
De -heer LIJDSMAiN wijst erop, dat door ihem niet is be
weerd, dat het terrein ongunstig gelegen is, maar alleen,
dat liet te klein is. Dit wordt in zeker opzicht ook door den
heer Teychiné toegegeven, wa'ar hij afbraak van woningen
nu reeds in uitzicht stelt. Overigens betoogt spreker, dat
hij niet voldoende is imgeticht, om over de zaak te kunnen
oordeelen.
De heer SMITS kan zich zeer goed vereeniigen met het
Voorstel van den heer Romtoouts tot uitbreiding met water
stofgas, vooral, wanneer men in aanmerking neemt de wis
selvallige inkomsten van de nevenproducten, met naime
de cokes.
Het vorig jaar is hierop alleen eene schade geleden van
ongeveer ƒ11500,—. Dit bedrag is zeer aanzienlijk en men
moet thans, als 't ware met de cokes leuren, om haar kwijt
te worden. Zoowel de directeur als dr. Neurdenburg en de
commissie stellen waterstofigas in uitzicht, doch waarom
tlians daartoe niet overgegaan, vraagt spreker?
Niettegenstaande de overproductie van cokes, wil men
nog moer gaan produceeren en werpt men nog meer cokes
op de mairkt. Vroeger werd daarvoor - betaald 65 cent per
H.L,, thans slechts 32J cent.
Dat zijn geweest de dure jaren van de steenkolen, meent
De heer HEIJLAERTS zegt, dat vroeger altijd 60 a 70 cent
per H.L. werd betaald.
De heer STAAL doet opmerken, dat de cokesprijzen be-
heerscht worden door het seizoen. Bij slappe winters is het
verbruik veel minder en zoo ontstaat er overproductie. In
1890 werden de cokes verkocht voor 27 cent per H.L.
De heer SMITS wijst erop, dat de anthrucietkolen de
cokes verdringen. Het groote voordeel eener watergas-in-
stallatie is hierin gelegen, dat de afval wordt benuttigd
Voor de fabricage.
de heer TEYCHINÉ.
De. heer SASSEN betoogt, dat voor de fabricage van wa
terglas nog iets meer noodig is dan cokes.