9 Mei 1903.
113
«staainde. Het water- af spoorvervoer kan daar a discretion
warden gebruikt, wat bepaald een voordeel kan genoemd
worden, en men kan blijven uitbreiden.
Mieit het bouwen van eene nieuwe fabriek is door spreker
bedoeld het stichten eenier tweede fabriek op een ander ter
rein, waarop langzamerhand de verschillende toestellen en
(benoiodigdheden worden overgebracht. En dan zal zoodanige
inrichting zeker niet eene uitgaaf vorderen, als waarop zij
do'or sommige leden wordt geraamd.
Spreker heeft ook daarom bezwaar tegen de voorgestelde
uitbreiding, omdat, ook volgens verklaring van den direc
teur, de fabriek daardoor haar maximum van gasproductie
zal hebben bereikt.
De kosten dier uitbreiding zijn geraamd op 174 700,
Wel is dit bedrag niet direct benoodiigd, doch om eene pro
ductie van 6 miillioen M-3. per jaar te kunnen bereiken, zal
die soul toch in haar geheel noodzakelijk zijn.
Een ander bezwaar is de toenemende cokes-productie,
niettegenstaande de daling" van de marktprijzen. Het vorig
jaar is van dit nevenproduct ongeveer ƒ11500,- minder
ontvangen, dan geraamd was.
Dit was niet het gevolg van de hooge raming, want in
de begrooting was de p-rijs slechts gesteld op 45 cent per
H.L. De oorzaak is gelegen in de daling der marktprijzen
als gevolg van overproductie.
Volgens het rapport der gascommissie te Nijmegen, kost
het ongecarbureerd water,gas la cent per M3-., dat is dus 2
cent minder dan koolgas. Om dat menggas te kunnen bren
gen van 12 op eene lichtsterkte van 14 kaarsen is carburafie
nooidig. Volgens eene berekening, die spreker elders vindt,
kost heit brengen van menggas van 12 tot 16 kaarsen voor 1
milüoen M3. aan benzol 4480,om dit pp 14 te brengen
zal dus i cent per M3. noodig zijn en blijft dit gas dan nog
goedfcooper dan onvermengd koolgas.
All deze omstandigheden acht spreker van genoegzaam
'overwegend belang, om te stemmen tegen het oinderwerpe-
lijke voorstel.
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt als-