160 25 Juli 1903. ker zal derhalve stemmen tegen het voorstel van burgemees ter en wethouders en alzoo voor de inwilliging van het gedaan verzoek. De heer ROMBOUTS meent, nu de discussiën heropend zijni, vrijheid ite mogen Vinden, eveneens zijne zienswijze over de zaak te doen kennen. Spreker is vóór heit voorstel van burgemeester en wethouders, omdat, Volgens de veror dening, van de belasting alleen zijn vrijgesteld zoodanige VoorsteilLingeni, waarvan de opbrengst getoeiel strekt ten be hoeve van armen of tot weldadige doeleinden. Spreker is van oordeel, dat de verordening hierbij op het oog heeft zoioldlanlige instellingen, waarop -de armenwet van toepassing is. En nu zegt art. 1 dier wet„Instellingen van weldadig- „heliid, in den zin dezer wet, zijn diie, welk© armeiniveirzor- „ging, lin of huiiiten ge'sticihteni, voortdurend ten td'oel heto- „ben. Op instellingen, uitsluitend bestemd tot het Vdortoo- „mein van armoede, is deze wet niet van toepassing." Spreker heeft alle sympathie voor het streven der veree- niging, maar zij valt niet onder de armenwet en als zoo danig kan de gevraagde vrijstelling van belasting wiet worden verleend. De heer JACOBY is van oordeel, dat de heer ROMBOUTS te veel waiarde heclht aan de letter, maar niet aan den geest der weit. Spreker wijst erop, hoe indertijd, ten behoeve van het panorama de verordening is gewijzigd1, omdlat men van te voren niet had kunnen Voorzien, dlat dergelijke inrich tingen biieir ter stede zowellen verrijzen. Evenmin heeft de rijksweitgever doit kunnen vermoeden, dat er onderwijzers^ vereemiigingen zouden opstaan, die zich het tot hunner be hoeftige doillega's en van dat hunner wedtuwen en weezen zouden aantrekken. De heer VAN MIE RL O zegt, dat hij zal stemmen voor het voorstel vlam burgemeester en wethouders. Spreker inuaM onderscheid tusscben philantropie en liefdadigheid. In dit geval is geien sprake geweeist van liefdadigheid1. Alleen dan, wanneer de opbrengst strekt ten batie 'van tairmen, zou de vrijstelling van belasting kunnen verleend worden. Hier

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 160