25 Juli 1903. 165 2. Door idem heeir HEIJLAERTS wordt namens de com missi©, hellast geweest met het onderzoek dter reketnlng van liet burgerlijk armbestuur over 1902, gerapporteerd, dlat zij die rekening (heeft nagezien en in orde (bevonden, weshalve zij Voiorsiteilit diie rekening goed te keuren. Spreker wewsdhit hieraan, ook mede alis tolk van de overige commissieleden, nog een wóórd v'an lof toe te voegen voor de accurate en nette wijze, waarop door den rentmeester de administratie is gervoerdi. De voorzitter dankt de commissie en dn 't bijzonder harten rapporteur voor het uitgebracht verslag en stelt voor oon, overeenkomstig de doncluis!ie daarvan, gemelde rekieiriliing goed te keuren, bedragende in ontvangst f 10909,894 en dn uitgaaf f 10520,60, sluitende alzoo met een batig salldto van /389,29|. Ditenovereenkomstig wordt besloten. De (heeiren VAN HAL en 1NGENHOUSZ respectievelijk voorzlitlter en lid van gemeld armbestuur, wenschen geacht te wonden niet tot ddt besluit te hebben medegewerkt. 3. Dloor den heer INGENHOUSZ wordt, namens de com missie, belast geweest met het onderzoek der rekening van liet pensioenfonds voor gemeiente-amfotenaren en huntne wedluwen en wieezen over 1902, gerapporteerd, dat zij die rekening heeft nagezien en dat daarop geene aanmedkiimgeir zijn gevallen, weshalve zij voorstelt gemelde rekening goed te keuren. De voorzitter dankt d'e commissie en in bet bijzon der haren rapporteur voor het uitgebracht verslag en stelt voor, oim, overeenkomstig de conclusie daarvan, de oimder- werpeiijlke rekening goed te keuren, hebbende de ontvang sten bedragen 10429,634 en de uitgaven f 6369,93, sluitende alztoo met een batig saldo van f 4059,70-j. Dienovereenkomstig wordt besloten. De voorzitter en de 'heeren TEYCHIN'E, BLOEMARTS en VAN MIERLO, respectievelijk voorzitter en leden der

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 165