19 Augustus 1903. 193 vreemdelingen zullen in d'ie dagen Breda bezoeken, hertjge-em ten zeerste steekt dn [het belang van de neringdoenden. Spreker ziet er dian ook geen overwegend bezwaar in, om de gevraagde som toe te staan. De lieer VISSERS wemscihte wel van den lieer Teychinié te vernemen, of er ook sprake van geweest is, dan de elee- trische verlichting aian eeine andere dan de Bredasche firma op te diraigan. De beetr TEYCIIINÉ antwoordt hierop, dat enkel prijs opgave is geivraagd bij andere firma's en dat ook inlich tingen zijin ingewonnen bij deskundigen. De resultaten daarvan zijn nog niet geheel beikend, doch vermoed wordt, dat die firma's f1500,a f2000,hooger zullen zijn dam de Bredasche firma. Dat komt, omdat deze laatste firma, hiie.r geïnstalleerd is, hier hare machines en hare werk krachten heeft en ook grootendeels met het oog op reclame voor hare zaak. De heer VISSERS dankt voor deze inlichtingen en zegt met genoegen te hebben vernomen, da.t er s-eg-roindie- hoop bestaat, dat de installatie door eenie Bredasche firma zal worden tot stand gebracht. De heer JACOBY wenseht niet af te dalen in bijzonder heden, doch zich tot de hoofdzaak te bepalen, namelijk of de raad al dan niet subsidie zal geven. Vroeger heeft de raad in andere gevallen-, o. a. in zake de kindervoeding, eeine beslissing genomen, waarmede spreker eene vergelij king wil maken. Ton werd de opmerking gemaakt, dat hij, d'ie zïlch -de weelde veroorloofde -om te trouwen, oiofc maar zijn kinderen moe-st voeden. In die lijn voortgaande, zou s-preker z-eggen, dat hij, die fee-st wil vierctn, dit maar zelf bet-alen moet. Nu wordt wel gezegd, dat het feeist in het belang i-s van de neringdoenden, maar dit is het d'oel niet. Het doel is-, om eer te bewijzen a.an de Koninklijke Militaire Academie- en nliet om Breda een voordeeltje te b-ezorgen. Intuis-schen wil spreker de lijn van den laa-d, die- vroeger sufo-sidiie v-oo-r kindervoeding weigerde, niet volgen, en. daar op niet verder ingaan. Hij vraagt zich echter af, moet de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 193