1 September 1903. 221 „dan thans in de'gemeente Breda betaald wordt of later zal „betaald worden, plus huur van den te gebruiken meter. „Bovengenoemde prijzen van gas en water zijn niet van „toepassing op de fabrieken, waarvan de eigenaren te.i „volle in de belastingen van de gemeente Breda bijdragen. „De spruitleidingen, zoowel voor gas als voor water, van „de hoofdleidingen naar de perceelen worden door de diree- „tie van de gasfabriek en waterleiding aangelegd op kosten „van de eigenaars of gebruikers dier perceelen en zij „eigendom van de gemeente. „De verdere voorwaarden waarop gas en water door de „gemeente worden verstrekt zijn ook op hen van toepassing. MEMORIE VAN TOELICHTING. „Zooals uit het bovenstaande voorstel blijkt, zullen de „/(oo/dleidingen worden aangelegd op kosten van de ge- „meente. De verdeeling dier kosten, bij meerdere aansluitin gen op eene bepaalde plaats zou trouwens niet wel moge- „lijk zijn. Doch er zou ook aansluiting kunnen verlangd „worden, b.v. ten behoeve van een ver verwijderd of geï soleerd gelegen i erceel. In een dergelijk geval wenschen „burgemeester en wethouders zich de macht te zien toege- „kend, in het finantieel belang der gemeente voorwaarden te „stellen, die afwijken van den gestelden regel. „Overigens zij opgemerkt, dat de aanleg in de gemeente „van spraitleidin en voor gas geschiedt op kosten van cie gemeente, doch dat die aanjegkosten voor perceelen buiten „de gemeente komen ten laste van de eigenaars of gebrui- „kers dier perceelen. „De aanleg van spruitleidingen voor water in de gemeente „geschiedt ten koste van de belanghebbenden. „Eveneens geschiedt dit op kosten van de belanghebbenden buiten de gemeente." De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voorstel kan vereenigen. Niemand der leden daartegen eehige bedenking ie kennen gevende, wordt gemeld voorstel goedgekeurd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 221