242 12 September 1903. „Overigens werd voormelde rekening door Uwe commis sie in volkomen orde bevonden, zoodat zii adviseert de- zelve goed te keuren. Breda, 12 September 1903. De Commissie voornoemd, „(get.) M. VAN DAM. „(get. A. F. SMITS. „(get.) A. J. A. VERSCHRAAGE, rapporteur." De voorzitter dankt de commissie en in 't bijzonder haren rapporteur voor het gehouden onderzoek en uitge bracht verslag en antwoordt op de gedane bemerkingen, dat steeds er naar gestreefd wordt, om de belastingen zoo nauwkeurig mogelijk in te vorderen en dat de pachter van liet vischwater nog onlangs opnieuw is aangeschreven tot aanzuivering der achterstallige pachtsom en bij niet-beta- ling de borgen zullen worden aangesproken. Vervolgens vraagt spreker, of iemand der leden nog eenige ophelderin gen ten aanzien der rekening verlangt, of bedenkingen daartegen in het midden heeft te brengen. Dit niet liet geval zijnde, stelt de voorzitter voor, over eenkomstig de conclusie van het rapport, de rekening dezer gemeente over het dienstjaar 1902 vast te stellen in ontvangst opf 638 682,32i in uitgaaf opf 625 339,78i alzoo met een batig saldo van f 13 342,54 Waartoe met algemeene stemmen besloten wordt. Burgemeester en wethouders hebben zich van medestem men onthouden. Voorts worden goedgekeurd de volgende staten van onin bare en nog te verhalen posten, te weten ONINBARE POSTEN Hoofdelijke omslag. Eerste staat, betreffende de primitieve kohieren f 2 365,024 Tweede staat, betreffende de primitieve kohieren f 904,78 Staat van het 1ste aanvullingskohierf 207,55|

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 242