284 7 November 1903. ting en nu zal iedereen moeten toegeven, dat sedert enkele jaren de wegen er heel wat beter uitzien dan vroeger. Spre ker wijst verder op de vele andere werkzaamheden en op de uitgebreide administratie aan liet bureau van gemeen tewerken. Te s-Herlogenbosch is het personeel dubbel zoo groot als te Breda De heer TEYCHINÉ meent, dat eene vergelijking met 's Hertogenbosch, waar zeer veel gebouwd wordt, niet kan opgaan. De lieer ROMBOUTS zegt, dat hem nog niet gebleken is, dat er bij de gemeentewerken te veel personeel zou zijn. Spreker juicht de tot standkoming van de woningwet ten zeerste toe, niet alleen omdat eene goede woning in het belang is van de openbare gezondheid, maar ook, omdat zij in hooge mate de zedelijkheid bevordert. Spreker zal dan ook op kalme wijze er toe medewerken, om te trachten, die wet tot haar recht te doen komen. In Breda zijn vele wo ningen, die niet aan de eisolien der hygiëne voldoen en ook bij het bouwen van nieuwe woningen is het noodzakelijk, dat er goed toezicht wordt gehouden. Hoezeer spreker ook een voorstander is van zuinigheid, meent hij toch dat hier de zuinigheid niet de wijsheid mag bedriegen. De thans voorgestelde uitgaaf acht hij een der nuttigste in het be lang der gemeente. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt alsnu in stemming gebracht en aangenomen met 18 tegen 1 stemmen. Vóór stemden de hoeren BLOEMARTS, ROMBOUTS. SLECHTRIEM, STAAL, VAN EEPPEL, SASSEN, LIJDS- MAlN, VAN MIERLO, VAN IIAL, VAN DONGEN, REIGERS MAN, VERSCHRAAGE., INGENHOUSZ, HEIJLAERTS, VAN DAM, SMITS, JACOBY en de voorzitter. Tegen was de heer TEYCHINÉ 12. Bezwaarschriften aan gedeputeerde staten en aan den gemeenteraad in zake aanslag in dien hoofdelijken om slag dezer gemeente voor het dienstjaar 1903.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 284