5 December 1903. 303 ook de opbrengst der opcenten. De winkeliers betalen i minder dan vroeger. De heer SASSEN replioeeremde op hetgeen de heer In- genHousz heieft gezegd, dat die provinciale belasting met de gemeente-belasting niets te maken heeft, zegt, dat hij heeft willen wijzen op de hooge belastingen, die gevor derd worden van hen, die in. Noord-Brabant wonen. De heer BLOEMARTS handhaaft nader zijne opinie en doet opmerken, dat naast het percentage van den hoofde- lijken omslag van andere gemeenten ook de opcenten op het personeel behooren genoemd te worden. De heer ROMBOUTS repliceerende, stemt toe, dat in Den Haag de opcenten op het personeel hooger zijn dan te Breda. In Den Bosch bedragen die opcenten 50 en te Nij megen slechts 4C. Door de provincie 'Gelderland worden geheven 9 en door Noord-Brabant 19 opcenten. Er dient dus gewerkt te worden en gestreefd naar bezuiniging. Er moet voorki.men worden, wat gebeurd is met Nijmegen, dat zijn opkomst te danken heeft aan de exorbitante uit gaven van Amsterdam, waar meer -dan 100 opcenten op het personeel worden geheven, terwijl de hoofdelijke om slag er 5è% bedraagt. De personen er buiten latende, zal spreker derhalve stemmen tegen elk voorstel tot trakte- mentsvei hooging. De algemeene beschouwingen hiermede geëindigd zijn de, komen in behandeling het verslag der afdeelingen met de memorie van beantwooding van burgemeester en wet houders, te beginnen met de TJITGAYEN. HOOFDSTUK 1. ART. 6. Volgn. 04k. Schrijfloonen. In een der afdeelingen werd door enkele leden gevraagd of in dezen post, even als die bedoeld in hoofdst. II, art. 8, niet eene bedekte traktementsverhooging gelegen is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1903 | | pagina 303