17 Januari 1903.
3
De voorzitter zegt, dat de notulen van het verhan
delde in de vergadering van 13 December 1902, overeenkom
stig' het bepaalde bij art. 8 van het reglement van orde voor
den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen
en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt of
iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of
eenige bemerkingen daartegen in heit midden heeft te bren
gen.
Dit niet ihet geval zijnde, warden de notulen van
voormelde vergadering goedgekeurd en vastgesteld.
Alsnu stelt de voorzitter aan de orde
A. Ingekomen stukken.
1. Besluiten van de gedeputeerde staten van Noord-Bra
bant, als
a. in dato 23 December 19Ó2, G, no. 99, houdende goed
keuring der geimeente-begrooting voor het dienstjaar
1903 in ontvangst en uitgaaf op 641 450,824
b. in dato 23 December 1902, G, no. 39, houdende goed
keuring van toet raadsbesluit van 13 December 1902
ican in de begroeting voor het dienstjaar 1902 af te
schrijven van hoofdstuk VIII, art. 1 (onvoorziene uit
gaven), een bedrag van 53,30è en deze som over te
schrijven op hoofdstuk VI, afd. I, art. 6 (instandhou
den van sclhotoHokalen en onderwijzerswoningen)
c. in dato 13 Januari 1903, G, no. 48, houdende toezending
van een afschrift van het koninklijk besluit van 30
December 1902, no. 61, waarbij goedkeuring is verleend
aan de verordening- tot heffing van staangeld in deze
gemeente
d. in dato 13 Januari 1903, G, no. 48, houdende toezen
ding van een afschrift van het koninklijk besluit van
30 December 1902, no. 61, waarbij goedkeuring is ver
leend aan de verordening tot heffing van een recht
voor het gebruik van den openbaren gemeentegrond.
De voorzitter stelt voor al deze stukken voor kennis
geving aan te nemen en, voor zooveel noodig, ter uitvoering
te verzenden naar burgemeester en wethouders.
Waartoe besloten wordt.