140 21 Mei 1904. het geval is. Wijlen zijn vader, die destijds kamerlid was, heeft er veel moeite voor gedaan om hier eene Rijks hoogere burgerschool te krijgen, doch dit werd door minis ter Thorbecke beslist afgewezen. De heer ROMBOUTS zegt, dat hij zal stemmen tegen liet amendement van den heer Reigersman. De commissie, die het belang der gemeente bij den minister nog monde ling zal bepleiten, zal wel uitdrukkelijk verklaren, dat overname der school het meest gewenscht is. Mocht de minister thans niet bereid zijn, Breda uit dien onrecht- vaardigen toestand te verlossen, dan kan zij op hoogere subsidie aandringen. Het amendement van den heer REIGERSMAN wordt alsnu in stemming gebracht, doch verworpen met 17 tegen 4 stemmen. Tegen stemden de heeren BLOEMARTS, VISSERS, SLECHTRIEM, SASSEN, LIJDSMAN, VAN MIERLO, ROMBOUTS, VAN HAL, SCHELTUS, VAN DONGEN, VERSCHRAAGE, INGENHOUSZ, HEIJLAERTS, VAN DAM, SMITS, JACOBY en de voorzitter. Vóór waren de heeren STAAL. VAN KEPPEL, REIGERS MAN en TEYCHINÉ Daarna wordt het voorstel van de commissie van toe zicht op het middelbaar onderwijs in stemming gebracht en aangenomen met algemeene stemmen. IS. Ontwerp-reglement op het pensionneeren van vaste werklieden in dienst der gemeente met memorie van toe lichting, zijnde dit ontwerp in extenso opgenomen in de raadsnotulen van 23 April 1.1. Van den heer JACORY is ingekomen het volgend voorstel met memorie van toelichting ,,De ondergeteekende heeft de eer op het ontwerp-regle- ,,ment op het pensionneeren van vaste werklieden in dienst ,,der gemeente Breda het navolgende amendement voor ,,te stellen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1904 | | pagina 140