16 Januari 1904. 15 excuse tevreden zijn geweest en had or geene lijvige cor respondentie behoeven gevoerd te worden. Spreker herhaalt daarom de vraag, waarom burgemeester en wethouders niet zijn ingegan op den eersten eisch, door het college van brandmeesters gesteld. De voorzitter antwoordt hierop, dat de motie :s voor gesteld in het welbegrepen belang van Bireda. Spreker brenglt hulde aan het college van brandmeesters en kan niet anders dan met grooten lof daarvan spreken. Nu bovendien de excuses zijn aangeboden, mag verwacht worden, dat de hoeren met deze motie zullen tevreden zijn. De heer JACOBY zegt, dat hij zich voor deze zaak bij zonder geïnteresseerd heeft, omdlat ook zijn naam in de stukken wordt genoemd. Aanvankelijk was spreker veront waardigd, dat hij geene uitnoodigingen had ontvangen voor de andere festiviteiten, welke bij gelegenheid der academie feesten plaats hadden. Dit verzuim betrof niet alleen hem zelf, maar al de raads leden, die niet itevens lid waren van de hoofd- of van de regelingscommissie. Spreker heeft zich toen gewend tot den voorzitter der hoofdcommissie, die zoo welwillend is geweest voor een en ander zorg te dragen, want den vol genden dag waren de kaarten in zijn bezit. Later is aan spreker van zekere zijde verzekerd gewor den, dat het college van brandmeesters wel is uitgenoodigd, en nu ligt het op den weg van den heer Scheltus, om daar over de noodige inlichtingen te verschaffen. De heer SCHELTUS zegt, dat nóch het raadslid Scheltus, noch de wethouder Seheiltus, maar die voorzitter der hoofd commissie hierop zal antwoorden. Spreker zal een verhaal doen van hetgeen is voorgeval len, zonder meer, en daaruit kan ieder zijne gevolgtrekking maken. Bij ail wat geschied is, zijn de burgemeester, de wethou ders en de secretaris tegenwoordig geweest. Spreker zal duidelijk en langzaam spreken, vooral om de Koningin der aarde, de pers, daardoor in de gelegen heid te stellen zoo nauwkeurig mogelijk aanteekening te houden van deze belangrijke en opgeblazen kwestie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1904 | | pagina 15