8 Juli 1904. 177 De voorzitter vraagt, of liet niet gewenscht is, dat aan mevrouw Van Heutsz, namens de Bredasclie bevol king, een bloemstuk worde aangeboden. Niemand daartegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt dienovereenkomstig besloten. De heer JACOBY vraagt of geen stappen kunnen worden gedaan, dat ook de bond van oud-onderofficieren in de ge legenheid wordt gesteld aan de ovatie deel te nemen. De voorzitter antwoordt hierop, dat uitnoodigingen zijnerzijds niet gedaan worden, doch dat hij gaarne bereid is ertoe mede te werken, dat aan den bond van oud-onder- officieren toegang wordt verleend tot het perron, wanneer daartoe een verzoek gedaan wordt. De voorzitter sluit alsnu de vergadering. I)e secretaris, De voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1904 | | pagina 177