20 Augustus 1904. 205
2<>. „Kan aan adressant vergund worden, zich van een
„eigen watermeter te bedienen?
3o. „Kan de meterhuur verminderd worden?
„Vraag 1 wordt beantwoord in het schrijven van
„den directeur der waterleiding van 1 Maart 1904.
„Op goede gronden wordt door hem daarin aange-
„toond, dat het gebruik van slagentellers bij liften
„onraadzaam moet worden geacht.
„Het antwoord op vraag 2 wordt gegeven in art. 17
„alinea I der voorwaarden waarop water wordt ver
strekt, houdende de bepaling, dat de watermeters
„van de gemeente in huur moeten worden ge-
„nomen. Met de. gronden, door den directeur in diens
„schrijven van 1 Maart 1904 aangevoerd tot handha-
„ving dier bepaling, vereenigen wij ons volkomen.
„En wat vraag 3 betreft, is overwogen, dat het nog
„gansch -niet vaststaat, welke watermeters als de
„beste moeten worden aangemerkt, wat' verband
„houdt met den koopprijs dier meters, zoodat de tijd
„nog niet gekomen is, om wijziging te brengen in de
„meterhuur.
„Onder overlegging van de ter zake dienende stuk-
„ken, hebben wij alzoo de eer U te berichten, dat het
„door burgemeester en wethouders en de commissie
„van bijstand in het beheer der gasfabriek en water
leiding gegeven eerste advies, bij brief van 2 Maart
„1904, no. 323, wordt gehandhaafd, te weten, om af-
wijzend op het verzoek van adressant te beschikken."
De voorzitter stelt deze zaak aan de orde.
De heer LIJDSMAN had verwacht, dat na een tijdsverloop
van vijf maanden, dat deze zaak opnieuw hangende is,
een geheel ander rapport zou zijn verschenen. Tot zijne
verwondering is dit niet het geval. Het is hetzelfde rapport,
dat strekt tot afwijzing van het verzoek.
Spreker kan met dit advies echter niet medegaan, en
heeft volstrekt geen bezwaar tegen het gebruik van een
slagenteller. Te Amsterdam is men er in principe niet te
gen en ook te Rotterdam levert het gebruik ervan geen
bezwaar op.
